Futuroloog Alex Pang van de Stanford University stelt dat we meer voor elkaar krijgen als we minder lang werken.
“Overwerken is het nieuwe normaal, rusten doe je wanneer het werk af is. Maar het is nooit af... Hoe raken we uit die vicieuze cirkel? Het antwoord is even eenvoudig als geniaal. Meer en doelbewust rusten verhoogt je productiviteit! Je krijgt meer energie, een scherpere blik, en vooral een beter leven.”
Zijn stelling wordt onderbouwd door intensief onderzoek op de hersenfuncties. Wie meer rust, stimuleert andere hersenfuncties en de hersenen leggen meer en andere linken. Zo iemand krijgt meer voor mekaar op een dag. Want in tegenstelling tot wat we denken, blijven onze hersenen gewoon doorwerken terwijl we in ‘rust’ zijn.
Psychiater Dirk De Wachter treedt deze visie bij, weliswaar vanuit en heel ander perspectief. In zijn werkveld zijn de koffiepauzes heel belangrijk. Bijvoorbeeld om even tot jezelf te komen, dingen op een rijtje te zetten, een babbeltje te doen... Zo ga je er nadien weer frisser en beter tegen aan.
Je hoeft het niet zo ver te drijven als James Darwin, die slechts 4,5 uur per dag werkte (3 blokken van 90 minuten), heel veel wandelde en elke dag een dutje deed. Je kunt beginnen met gedurende één week elke dag 15 tot 30 minuten rust te nemen en ‘niets’ te doen. Geef toe, er zijn grotere tijdsverslinders dan dat.
Baat het niet, het schaadt ook niet. En het kost niets.
Wie meer rust, stimuleert andere hersenfuncties en de hersenen leggen meer en andere linken.
Hoe begin ik eraan?
Zorg dat je alleen bent in de ruimte en ga rustig zitten. Leg alles aan de kant wat je kan afleiden (gsm, krant, TV, boek, PC…) en voor sommigen helpt rustige achtergrondmuziek.
Plan geen extra rusttijd. Benut de ‘verloren’ tijd waar je al in rust bent of ergens moet wachten. Bijvoorbeeld op toilet, in de wachtkamer, op de trein of het perron, in de cafetaria van het zwembad terwijl je kinderen zwemles volgen… En laat het de tijd duren die je hebt. Doe het desnoods meerdere keren kort. Als je niet alleen bent in de ruimte is het nodig om je in gedachten van de buitenwereld af te sluiten.
Maak je geen zorgen over gedachten die in je opkomen. Laat maar komen… misschien komen ze van pas. Ook als je ze niet toelaat zijn ze er en doen ze onbewust hun werk. Alle gevoelens en emoties die boven komen zijn oké. Dat doen ze anders ook, misschien wel op een minder comfortabel moment, wanneer het je echt te veel wordt. En voel je niet schuldig over de zaken die je had kunnen doen terwijl je zit te ‘niksen’. Die haal je wel in of misschien vind je ze straks niet meer zo belangrijk.
De eerste keer (of keren) voel je je wellicht ongemakkelijk. Bijvoorbeeld niet stil kunnen zitten, vaak op je horloge staren... Of ervaar je interne weerstand en zelfverwijten over waar die gedachten en emoties vandaan komen. Maar gaandeweg komt er rust. Ongemak wordt genieten, weerstand wordt verlangen en zelfverwijt wordt openheid.